Naar hoeveel huurders moet ik mijn vragenlijst sturen?
Stel: je organisatie heeft 10.000 huurders. Je wilt van deze huurders weten of er behoefte is aan een onderhoudsabonnement voor keukenapparatuur. Je wilt echter niet alle huurders een vragenlijst toesturen. Hoe groot moet dan de steekproef zijn om een nauwkeurige inschatting te kunnen maken van het gehele huurdersbestand? Door het doorlopen van een aantal stappen kun je op eenvoudige wijze de steekproefgrootte berekenen waardoor de resultaten van de enquête nauwkeurig zullen zijn. Vervolgens bepaal je hoeveel huurders je jouw vragenlijst moet toesturen.
Wat is de populatie?
Je moet altijd eerst bepalen over welke populatie je meer informatie wilt weten. De populatie is de totale groep mensen waarvan je inzicht wilt krijgen hoe zij denken over een onderhoudsabonnement. In dit voorbeeld is de populatie de 10.000 huurders. De steekproef zijn de huurders binnen de populatie die de vragenlijst echt gaan invullen. Als het aantal van de populatie duidelijk is, dan kan je verder gaan met de volgende stap.
Hoe nauwkeurig moet ik zijn?
Dit hangt af van hoeveel risico je bereid bent te nemen dat de antwoorden die je ontvangt op je vragenlijst iets afwijken van de gehele populatie omdat niet alle huurders (de volledige populatie van 10.000 huurders) worden ondervraagd. Om het risico te kunnen bepalen moet je twee vragen beantwoorden:
Hoe zeker wil je weten dat de antwoorden overeenkomen met de opvattingen van je populatie? Dit is de foutmarge. Stel dat straks uit de enquête blijkt dat 30% van de huurders positief is over het onderhoudsabonnement. Bij een foutmarge van 5% betekent dat in werkelijkheid 25% – 35% van alle huurders (de populatie) positief is over het onderhoudsabonnement. Er is dus een foutmarge naar beneden én naar boven. De meest gebruikte foutmarge is 5%. Je kunt echter ook een ander foutmarge tussen 1 en 10% kiezen; dit is afhankelijk van de enquête. Een foutmarge van meer dan 10% raden wij af, de mogelijke afwijking van de resultaten van de steekproef ten op zich van de gehele populatie wordt dan te groot.
Hoe zeker wil je weten dat de steekproef een nauwkeurige afspiegeling is van je populatie? Dit noemen we de betrouwbaarheidsinterval. Een betrouwbaarheidsinterval is de waarschijnlijkheid dat de steekproef die je hebt gekozen relevant was voor de verkregen resultaten. De berekening wordt meestal als volgt uitgevoerd. Als je willekeurige andere steekproeven zou nemen uit de populatie, hoe vaak zouden de resultaten die je met één steekproef verkrijgt dan significant afwijken van de resultaten van die andere steekproeven? Een betrouwbaarheidsinterval van 95% betekent dat je in 95% van de gevallen dezelfde resultaten zou krijgen. Het meest gebruikte betrouwbaarheidsinterval is 95%, maar je kunt zo nodig een betrouwbaarheidsinterval van 90% tot 99% kiezen, afhankelijk van je enquête. De betrouwbaarheidsinterval verlagen tot beneden de 90% raden wij af, de resultaten worden dan te onnauwkeurig.
Welke steekproefgrootte heb ik nodig?
Onderstaande tabel is een handig hulpmiddel om de steekproefgrootte te bepalen. Selecteer je populatie, in dit voorbeeld dus 10.000, en kies vervolgens de gewenste foutmarge en de betrouwbaarheidsinterval om een inschatting te maken van het aantal ingevulde enquêtes dat je nodig hebt. Neem altijd het hoogste aantal: het aantal bij ‘foutmarge’ of het aantal bij ‘betrouwbaarheidsinterval’.
Populatie | Foutmarge | Betrouwbaarheidsinterval | ||||
10% | 5% | 1% | 90% | 95% | 99% | |
100 | 50 | 80 | 99 | 74 | 80 | 88 |
500 | 81 | 218 | 476 | 176 | 218 | 286 |
1.000 | 88 | 278 | 906 | 215 | 278 | 400 |
10.000 | 96 | 370 | 4.900 | 264 | 370 | 623 |
100.000 | 96 | 383 | 8.763 | 270 | 383 | 660 |
1.000.000+ | 97 | 384 | 9.513 | 271 | 384 | 664 |
Hoeveel ingevulde vragenlijsten kan ik verwachten?
Niet alle huurders die een vragenlijst krijgen toegestuurd gaan deze ook daadwerkelijk invullen. Het percentage huurders dat de ontvangen vragenlijst invult wordt ‘response’ (ook wel ‘reactiepercentage’) genoemd. Probeer een schatting van de response te maken om te kunnen bepalen hoeveel vragenlijsten je moet versturen om het vereiste aantal ingevulde vragenlijsten te verkrijgen. De response kan flink variëren en is afhankelijk de lengte en moeilijkheid van de vragenlijst, het onderwerp, je relatie met de doelgroep, de uitnodigingsteksten, etc. Als er geen relatie is met de ontvangers van de vragenlijst dan is een response bij online vragenlijsten van 20 – 30% zeer goed. Ga met de response altijd aan de voorzichtige kant zitten, hou een response van 10 – 15% aan als er nog nooit een vragenlijst is verstuurd aan je populatie.
Naar hoeveel huurders stuur ik mijn vragenlijst?
Dat kan nu eenvoudig bepaald worden! Deel het getal dat je hebt gevonden in stap 3 door het percentage dat je hebt bepaald in stap 4. Je populatie was 10.000 huurders en, stel, je hanteert een foutmarge van 5% en een betrouwbaarheidsinterval van 95%, dan moet de steekproefgrootte minimaal 370 zijn. Als je verwacht dat 15% van je huurders de vragenlijst ook echt gaan invullen, dan moet je de vragenlijst naar 370 / 15% is 2.467 huurders sturen!